Op mijn vaste bankje.
Stilte…Vogels die fluiten. Het zachte ruisen van de wind.
Hier en daar glinsteren spinnenwebben in de avondzon.
Op mijn wangen voel ik de verfrissende wind.
Ik zie hoe druk de mieren zijn, die voor mij in het zand als razenden heen en weer lopen.
Af en toe hoor ik hoe de bomen achter mij kraken, lichtjes meebewegend met het ritme van de wind. Zo rustig is alles. Zo vredig.
De natuur is. In alle eenvoud, en tegelijkertijd in al haar pracht, is zij gewoon zoals zij is.
Niet bezig met gisteren, of met morgen. Of hoe zij eruit ziet. Of ze wel leuk en lief genoeg is. Nee, zij is. Zij is gewoon. Stilzwijgend, alles zeggend, in het nu.
Zij is en ik ben. Wij zijn een.